U gebruikt een verouderde browser. Update uw browser voor een betere en veiligere ervaring.update

PTSS bij veteranen Libanon: overheid aansprakelijk

Een militair heeft van in 1981/1982 enkele maanden deelgenomen aan de vredesmissie in Libanon. Na zijn uitzending naar Libanon ontwikkelde de militair klachten. Als gevolg daarvan is hij uiteindelijk in 2007 opgenomen in een psychotrauma behandelcentrum. In een rapport uit 2008 wordt door een psychiater een ernstige chronische posttraumatische stressstoornis (PTSS) als diagnose gesteld. Tevens heeft deze psychiater een oorzakelijk verband vastgesteld tussen de psychische problematiek en de uitoefening van de militaire dienst.

Arbeidsongeschikt na PTSS

De militair raakt aanvankelijk deels en later volledig arbeidsongeschikt en lijdt hierdoor schade.

Hij stelt in juli 2011 de minister aansprakelijk en verzoekt de geleden en nog te lijden schade ten gevolge van de uitzending naar Libanon te vergoeden. De militair heeft aan dit verzoek ten grondslag gelegd dat de minister zijn zorgplicht heeft geschonden door hem voorafgaand aan, tijdens en na de uitzending niet te voorzien van enige zorg.

Zorgbeleid

De minister beslist afwijzend op het verzoek van de militair. De minister heeft zich daarbij op het standpunt gesteld dat geen sprake is van schending van de zorgplicht. Het geldende zorgbeleid was destijds in overeenstemming met de stand van de wetenschap.

Bovendien is de PTSS van de militair vrij lang niet zichtbaar geweest. Zodra de klachten bij de militair wel manifest werden, is er een behandelaanbod toegepast.

De rechtbank geeft de militair geen gelijk, waarna de militair naar de Centrale Raad van Beroep gaat.

Zorgplicht

Volgens vaste rechtspraak heeft het bestuursorgaan tegenover de ambtenaar een zorgplicht. De zorgplicht houdt in dat het bestuursorgaan de noodzakelijke maatregelen moet treffen om te voorkomen dat de ambtenaar in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt.

Er is geen recht op vergoeding indien:

  • het bestuursorgaan aantoont dat het zijn zorgplicht is nagekomen, of
  • de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de ambtenaar.

Op de minister rust in beginsel de last om aannemelijk te maken dat de zorg voor, tijdens en na de uitzending van de militair naar Libanon voldoende is geweest, uitgaande van de omstandigheden van het geval en van de toenmalige stand van de wetenschap.

Indien dusdanige tekortkomingen naar voren komen dat deze als een schending van de zorgplicht moeten worden aangemerkt, wordt het causaal verband met de PTSS als een gegeven beschouwd, tenzij de minister aannemelijk maakt dat de PTSS niet aan het gebrek aan (na)zorg kan worden toegeschreven.

Standpunt minister

De minister stelt dat vóór, tijdens en na uitzending aan militairen in hulp was voorzien:

  • Voorafgaand aan de uitzending werd voorlichting en onderwijs gegeven over mogelijke risico’s op psychologisch gebied.
  • Tijdens de uitzending waren er artsen, geestelijk verzorgers (een dominee en een aalmoezenier) en (bedrijfs)maatschappelijk werkers in het uitzendgebied aanwezig.
  • De nazorg van de uitzending bestond uit het op een drietal momenten geven van voorlichting aan militairen over de beschikbare nazorg, te weten: bij terugkeer uit Libanon, bij dienstverlating en drie tot zes maanden na terugkeer uit Libanon.

Voorafgaand

De militair bestrijdt dat hij voorafgaande aan de uitzending voldoende is voorgelicht over de mogelijke stressreacties en angstklachten ten gevolge van traumatische gebeurtenissen tijdens de uitzending en de mogelijkheden van zorg voor, tijdens en na de uitzending.

Tijdens

Ook tijdens de uitzending heeft de militair geen ondersteuning van hulpverleners gehad ondanks de traumatische incidenten die hij heeft doorgemaakt. Niet is gebleken dat hij is gewezen op de aanwezigheid van hulpverleners in het uitzendgebied. Ook is niet gebleken dat het kader hulp heeft ingeschakeld toen de militair kort na deze incidenten tegenover een leidinggevende ernstig afwijkend gedrag ging vertonen.

Nazorg

In de nazorg is men ook tekortgeschoten volgens de militair. Voorlichtingsbrieven die zouden zijn verstuurd over de beschikbare nazorg, heeft de militair niet ontvangen. Uit een groot aantal verklaringen van Libanon-veteranen blijkt dat ook zij dergelijke voorlichting niet hebben gehad.

Ook nadat uit het Rapport Nazorg ex-UNIFILmilitairen uit 1987 was gebleken dat (veel) meer ex-Libanonveteranen de brieven niet hadden ontvangen en dat veel Libanon-veteranen psychische klachten als gevolg van de uitzending ondervonden, is volgens de militair van de zijde van de minister geen contact met hem gezocht of op duidelijke wijze nazorg ter beschikking gesteld. Het uitblijven van een hulpvraag van de militair doet in dit soort gevallen niet af aan de verplichting tot het bieden van actieve zorg.

Geen bewijs

Het bewijs dat de omschreven zorg voor, tijdens en na de uitzending van de militair ook daadwerkelijk aan de militair is aangeboden, heeft de minister niet kunnen leveren. Bovendien heeft de minister de militair tot 2007, toen alle Libanon-veteranen alsnog zijn benaderd, geen nazorg geboden toen er aanwijzingen waren dat de zorg ontoereikend was geweest.

Conclusie CRvB

De Centrale Raad van Beroep concludeert dat door een combinatie van gebrek aan zorg voor, tijdens en met name na de uitzending in dit geval sprake is van een schending van de zorgplicht.

Het causaal verband met de PTSS is hiermee gegeven, tenzij de minister aannemelijk maakt dat de PTSS niet aan het gebrek aan zorg kan worden toegeschreven. Dit laatste heeft de minister niet aannemelijk gemaakt.

Weliswaar blijkt uit de verklaringen van psychiater drs. R. J. M. Mooren, psychiater prof. dr. G. F. Koerselman, en het artikel van psycholoog prof. dr. M. Olf in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van augustus 2013 dat wetenschappelijk niet eenduidig is aangetoond dat nazorg effectief is ter preventie van het optreden van PTSS, maar zij zijn het er wel over eens dat als er klachten zijn, vroegtijdig hulp bieden zinvol is, waardoor chronische PTSS wellicht voorkomen kan worden.

De minister heeft ten onrechte geweigerd aansprakelijkheid te erkennen voor de schade die de militair heeft geleden ten gevolge van zijn uitzending naar Libanon en de gevraagde schadevergoeding op die grond afgewezen. Dat betekent dat het hoger beroep van de militair slaagt.

PTSS advocaat

Meer informatie over PTSS bij politie en bij veteranen? Neem contact op met een letselschade advocaat van Utrecht Letselschade Advies.

Centrale Raad van Beroep, 14-12-2015, ECLI:NL:CRVB:2015:4336


Meer informatie over onze dienstverlening bij letselschade?

René Toxopeus

Een vuist maken, het recht laten zegevieren! Dat klinkt groots. Maar voor mij is dat het mooiste van mijn vak. Een maximale verdediging van de financiële belangen van mijn cliënt, daar ga ik voor.

Neem contact op